Intensief sporten kan het lichaam tot andere vormen van energieverbruik zetten. Dat leidt mogelijk tot gewichtstoename, zagen wetenschappers bij muizen.
Japanse onderzoekers hebben aangetoond dat sommige muizen zwaarder worden in de 24 uur na een flinke workout. Bij muizen die zich maar een beetje of helemaal niet inspanden, gebeurde dit niet, ook al aten beide groepen evenveel. Deze ontdekking draagt bij aan het toenemende bewijs dat dieren, en wij mensen dus ook, na een atletische inspanning energieverbruik kunnen compenseren door andere vormen van energieverbranding te verminderen. ‘Veel mensen voelen zich na een zware training te uitgeput om te bewegen,’ zegt
gezondheidswetenschapper Takashi Matsui van de Universiteit van Tsukuba in Japan. ‘Dat maakt het voor mij aannemelijk dat de resultaten van onze studie ook gelden voor mensen.’
Minder bewegen
Het lijkt logisch om aan te nemen dat je afvalt als je sport, doordat je dan meer energie verbruikt dan als je niet sport. Maar proeven waarbij mensen vaker sporten, hebben laten zien dat ze minder gewicht verliezen dan verwacht. In sommige gevallen vallen ze zelfs helemaal niet af. Eerder werd gedacht dat dit kwam doordat sporters meer gingen eten. Maar in 2015 bestudeerde antropoloog Herman Pontzer, nu werkzaam aan de Duke-universiteit in de VS, het energieverbruik van jager-verzamelaars van het Hadza-volk uit Tanzania. Geheel tegen zijn verwachtingen in ontdekte hij dat de Hadza ondanks hun actievere levensstijl evenveel calorieën verbranden als mensen die op kantoor werken. Pontzer vermoedde dat bepaalde vormen van energieverbruik afnemen bij fysiek actieve mensen, als compensatie voor de energie die ze met die inspanning verbranden. Met andere woorden: het kan zijn dat je bij stevige inspanning netto toch niet meer calorieën verbrandt. Dat is te verklaren doordat we minder bewegen als we uitgeput zijn, iets wat ook te zien is in dierproeven. Muizen die op een tredmolen hebben gerend, zijn minder actief dan muizen die dat niet gedaan hebben.
Dalende temperatuur
Nu heeft Matsui aangetoond dat verminderde beweging door vermoeidheid mogelijk niet het enige is wat een rol speelt. Zijn groep plaatste in dertig muizen een klein apparaatje dat zowel de lichaamstemperatuur als de hoeveelheid beweging van de muizen mat. Nadat alle muizen een week lang dagelijks een halfuurtje op een rad gerend hadden, verdeelden de onderzoekers ze in drie groepen. De eerste groep hoefde niet meer te rennen. De tweede groep rende een halfuur met een snelheid vergelijkbaar met het tempo waarbij joggers hun ademhaling niet hoeven te versnellen, zegt Matsui. De derde groep rende een halfuur op een hoger tempo. ‘Dit tempo kun je vergelijken met hoe hard wij rennen wanneer onze ademhaling toeneemt en we gaan zweten.’ De volgende dag bleek de fysieke activiteit van de groep die het hardst gerend had 30 procent lager dan op de dagen waarop ze niet hoefden te rennen. Bovendien daalde de lichaamstemperatuur van deze groep met 1 procent na het rennen, wat laat zien dat ze minder energie verbrandden. De muizen kwamen ook aan, hoewel ze evenveel aten als daarvoor. Deze effecten namen de onderzoekers niet waar bij de andere groepen muizen. ‘Onze experimenten laten zien dat zowel de fysieke activiteit als de lichaamstemperatuur na een flinke inspanning kunnen afnemen, en dat het lichaamsgewicht dan kan toenemen’, zegt Matsui.
Intensiteit
De afname in lichaamstemperatuur laat zien dat fysiologische processen afnemen als reactie op inspanning, zegt Pontzer. ‘Afgaand op de klaarblijkelijke energiecompensatie na een inspanning die we eerder zagen in mensen- en dierenstudies, komt dit niet als een verrassing. In deze studies zagen we dat het totale energieverbruik erg stabiel bleef, zelfs als dagelijkse inspanningen toenamen.’ Matsui denkt dat de resultaten relevant zijn voor mensen die gewicht proberen te verliezen. Waar de meeste studies focussen op het algehele energieverbruik bij mensen die sporten, is er nu ook op de intensiteit van de activiteit gelet. ‘Jezelf afbeulen waardoor je minder gaat bewegen, is contraproductief’, zegt hij. ‘Als je wilt afvallen, is het dus belangrijk om fysieke beweging buiten het sporten te erkennen en de intensiteit van een workout dermate laag te houden dat je overdag actief blijft.’ ‘Ik weet niet zeker of we deze resultaten ook kunnen gebruiken om gematigde activiteit aan te raden in plaats van een intensere inspanning’, zegt Pontzer daarentegen. ‘Het is niet duidelijk of dit specifieke resultaat ook van toepassing is op mensen.’