Vrouwen op de Balkan komen in opstand voor het behoud van de natuur

Estimated read time 8 min read

In Servië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina en Slovenië pikken vrouwen het niet langer hoe rivieren en bossen in hun regio worden vervuild. Een strijdbare generatie komt nu in opstand tegen de milieuverontreiniging en klimaatverandering.

Dappere vrouwen uit het Bosnische Kruščica hebben meer dan vijfhonderd dagen gewaakt bij de rivier om de bouw van miniwaterkrachtcentrales tegen te gaan. Ook in Kraljevo (Servië) strijden vrouwen voor het behoud van hun rivieren. In Kroatië werpen ze zich op voor het behoud van het milieu en de publieke ruimte tegen de exploitatie door onder andere de toeristische sector.

De vrouwen in Kruščica hadden met de mannen geruild die normaal gesproken nachtdiensten voor hun rekening namen, omdat ze verwachtten dat de politie hen niet zou aanvallen. Rond vijf uur ’s ochtends arriveerde er een speciale eenheid. ‘Ze zeiden dat we opzij moesten gaan en als we dat niet deden, ze het bevel hadden ons in het water te gooien. Een paar minuten later begonnen ze met hun schilden op ons in te slaan. Op onze armen, benen… Vreselijk. Overal gekerm, gegil,’ vertelt Amela Zukan.

Trauma’s

De trauma’s van die nacht dragen de vrouwen nog altijd met zich mee. Sommigen zijn ziek geworden en dragen hun verwondingen als een ereteken. Maar ze zijn nog even vastberaden. Natuurlijke rijkdommen zijn onze laatste verdedigingslinie, zeggen ook andere vrouwen die in Servië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina en Slovenië op de barricades staan voor de natuur.

‘Als de donkerste scenario’s uitkomen, krijgen we te maken met extreme droogte, watertekorten en steeds frequentere overstromingen,’ zegt Zukan, die benadrukt dat de kwetsbaren en gemarginaliseerden, de armen en zieken, mensen in ontwikkelingslanden, meer te lijden hebben onder de klimaatverandering. De bijeenkomsten van bewoners in Kruščica begonnen aanvankelijk spontaan, toen deze tweeduizend zielen tellende gemeenschap lucht kreeg van de plannen voor de bouw van een miniwaterkrachtcentrale.

Ze hebben ons misleid, bestolen, verdeeld, wat al erg genoeg is

Het protest had succes. ‘We hebben heel wat mensen wakker weten te schudden, veel mensen zagen dat we onze rivier met succes hebben verdedigd en zijn onze methode zelf gaan toepassen. Wij strijden vandaag niet alleen maar voor ónze rivier, maar voor alle rivieren in Bosnië en Herzegovina en daarbuiten, in de hele regio,’ zegt Zukan. Dat beaamt ook natuuractivist Bojana Minović uit het Servische Kraljevo, die strijdt voor het behoud van de bergrivieren in haar streek. ‘Ze hebben ons misleid, bestolen, verdeeld, wat al erg genoeg is. Deze waanzin begon al in de oorlog: de sluiting van de fabrieken, het wegvallen van verschillende sociale, maatschappelijke en economische zekerheden. En te midden van dat alles storten ze zich nu ook nog eens op onze natuurlijke rijkdommen,’ zegt ze.

Minović merkt op dat het groot kapitaal tot in alle poriën van de maatschappij is doorgedrongen. Ze omschrijft hoe alles tegenwoordig jong, flitsend en strak moet zijn. De goede oude bergrivieren voldoen niet langer aan de standaarden, ze zijn niet Instagram-waardig. De mensen zwemmen niet meer in de Ibar [een van de rivieren rondom Kraljevo], ‘maar alleen nog in zwembaden, omdat het daar mooier, toegankelijker is.’ Minović vertelt dat er langs de bergrivieren zwembaden worden opgetuigd.

‘En zo’n stomme Ibar, waar opa’s vroeger in hun socialistische onderbroek zwommen, vinden we niks meer aan’

‘Alles moet nieuw, aantrekkelijk, mooi en leuk zijn. We willen dat alles comfortabel en toegankelijk is. ‘En zo’n stomme Ibar, waar opa’s vroeger in hun socialistische onderbroek zwommen, vinden we niks meer aan.’ Het is een vorm van prestige geworden om badhuizen te bezoeken, die inmiddels de helende mineraalwaterbronnen bij Vrnjačka Banja bedreigen. De badhuizen ‘leveren namelijk mooie kiekjes op voor Instagram, net als de zwembaden dat doen: cocktails, muziek, jonge, gezonde en strakke lijven.’

In haar werk wordt Minović ook geconfronteerd met de maatschappelijke kant van de ecologische problemen. Daarbij noemt ze twee belangrijke factoren: naast de schade aan de natuur vindt er ook een verarming van de bevolking plaats. ‘Hier zegt men dat de grond rondom de bergrivieren schraal is. Armer dan arm, onbruikbaar. En dus dalen de grond en het bos in waarde. Daardoor wordt het makkelijker deze natuurlijke hulpbronnen te verkopen,’ zegt ze.

Het gaat hier om economisch achtergestelde regio’s waar de verkoop van stukken bos of welke vorm van natuurlijke hulpbronnen dan ook voor sommige mensen vaak een laatste redmiddel is. ‘Degenen die stukken bos bezaten, kapten die om hun kinderen naar school te kunnen sturen, om voor eten te zorgen, om te overleven, om hun kinderen de mogelijkheid te geven hier weg te gaan,’ zegt Minović.

Pas wanneer een investeerder de aarde helemaal omwoelt en de veiligheid zichtbaar in gevaar komt na een overstroomde weg door een lekkende dijk, of als de forel uit de rivieren verdwijnt, pas dan zien ze de gevolgen in van al die bouwprojecten in en rondom hun bergrivieren. Maar de bewoners zeggen ook dat ze hun huizen moeten verwarmen en dus het bos moeten verkopen om te kunnen leven. Ook Minović ziet de teloorgang van het ecosysteem, de klimaatverandering, de buitengewoon zachte winters, de afnemende neerslag in de steeds warmer wordende zomers.

‘Ik weet echt wel wat winter is, hoe vier jaargetijden eruitzien,’ verzucht ze. Dat klimaatverandering overal is doorgedrongen en niet meer te negeren valt, vindt ook Irena Burba, een klimaatactivist die al zestien jaar bij de Kroatische ngo Groen Istrië werkt en actief deelnam aan talloze sociale en klimaatprotesten, zoals destijds in Lungomare en Plomin. ‘In ons werk merken we dat de aanval op het publieke domein en de publieke ruimte ieder jaar intensiveert,’ zegt ze.

Baai van Lapad

Irena Woelle is een Sloveense designer en activist die actief is op het snijvlak van milieu, maatschappij en cultuur. Ze houdt zich bezig met thema’s als stedelijk tuinieren en urbane imkerijen, maar ze zet zich ook in tegen fracking, glyfosaat, jachttoerisme en de ontgroening van het stadsbeeld. In een van haar projecten, getiteld Ik ben toch niet zo gek om daarheen te gaan, legde ze de link tussen het kapitalisme en het patriarchaat, die volgens haar veel gelijkenissen vertonen en langs dezelfde lijnen opereren.

Brandpunt was de baai van Lapad, geschilderd door de uit Dubrovnik afkomstige schilder Flora Jakšić, die op haar zeventiende, tegen haar wil in, werd uitgehuwelijkt en vervolgens tien jaar in een gewelddadig huwelijk opgesloten zat.

Gedurende haarleven was Flora’s huis een toonaangevend centrum voor schilderkunst in Dubrovnik; ze liet in haar testament opnemen dat Vila Flora aan de baai van Lapad een plek moest worden waar kunstenaars konden exposeren en hun vakanties konden doorbrengen. Van de baai van Lapad is niet veel meerover: een en al beton, kitsch en asfalt. De titel van het project is ontleend aan het antwoord van een jonge moeder aan haar partner, die voorstelde om met hun kind in de snikhete, verbouwde baai van Lapad te gaan zwemmen.

Met haar initiatief om het centrum van Rijeka gezonder en leefbaarder te maken door het Matija Vlačić Flacius-plein om te dopen tot Theeplein, wilde Woelle geneeskrachtige kruiden op het plein laten planten. Daarmee hoopte ze de in vergetelheid geraakte kennis omtrent de helende werking van planten en hun gebruik bij de bestrijding van kwaaltjes nieuw leven in te blazen. ‘Publieke ruimtes worden mateloos ingepikt,’ zegt Woelle. ‘We kunnen niet eens meer een wandeling maken door onze eigen steden, omdat alles is geprivatiseerd; overal zijn cafés en restaurants die er in feite alleen maar zijn voor toeristen.’

Ook Burba benadrukt de desastreuze gevolgen van het leunen op toerisme. ‘De stranden worden op illegale wijze opgespoten en de kust wordt almaar verder ingelijfd. Hotelketens en campings dijen almaar uit. Er blijft steeds minder ruimte over voor de inwoners. Er zijn wel een miljoen winkelcentra,’ zegt ze.

‘De leefbaarheid is bij ons flink verslechterd door het grenzeloze toerisme’

De publieke ruimte raakt in het gedrang. ‘De leefbaarheid is bij ons flink verslechterd door het grenzeloze toerisme,’ zegt Burba. ‘In de zomer staan er ellenlange files, waardoor je amper toegang hebt tot bepaalde diensten, zoals de eerste hulp. We hebben een enorm afvalprobleem, de hoeveelheid afval die wordt geproduceerd kunnen we simpelweg niet op een adequate manier verwerken.’ ‘Mensen zijn vaak pas bereid te reageren als er een probleem in hun achtertuin ontstaat, maar we zagen dat er in het geval van Lungomare ook veel mensen in opstand kwamen vanwege de emotionele binding met het gebied,’ zegt Burba.

Ze zagen in dat er al zoveel is gecommercialiseerd, dat ze bereid waren te strijden voor dat laatste strookje publieke ruimte. ’Niet veel anders was het in Kruščica. Alle inwoners verdedigden de rivier ‘met hart en ziel’, aldus Zukan. Weer of geen weer. Voor ons was het net alsof we naar ons werk gingen. Iedereen was verplicht zijn eigen dienst te draaien,’ zegt ze. ‘Zonder de inwoners was de rivier allang vernietigd. Nu is het weer een prachtige plek, die alle aandacht dubbel en dwars waard was.’

You May Also Like

More From Author

+ There are no comments

Add yours